woensdag 27 februari 2013
dinsdag 26 februari 2013
Bibbers in de bergen
Afgelopen week heb ik wat afstand gehouden van de enneagrammenjongen. Niet dat ik niet vaak terug moest denken met kriebels in mijn euh.. buik aan die aparte avond vorige week, maar ik weet nog steeds niet helemaal wat ik van hem moet denken. Ik besloot de boel even te laten rusten en mijn tijd en energie aan mijn studie en vrienden te besteden.
Geen slechte keus, want afgelopen weekend ben ik met mijn oude vriendengroep redelijk onverwacht voor een weekendje naar de Ardennen afgezakt. De harde kern van de groep kent elkaar nog van de middelbare school waar we geweldige herinneringen aan delen. De rest van de groep is de aanhang die er de jaren erop bij is gegroeid. Jarenlang hebben we het volgehouden om in de krokusvakantie naar de Ardennen te gaan. Maar de laatste twee jaar was de slop erin gekomen. Ongetwijfeld doordat een groot gedeelte kindjes heeft gekregen en in een heel drukke fase in het leven is aangekomen. Twee weken geleden kreeg iedereen opeens een mailtje van één van ons: "Ik weet dat het wat laat dag is, maar we hebben een huisje gereserveerd in de Ardennen en er is plek voor nog meer personen, dus wie zin heeft om mee te gaan...."
De animo bleek zo groot te zijn dat we uiteindelijk met zijn achten afreisden naar Stavelot.
Het huisje was piepklein en de twee jongens van meer dan 1m80 aan lengte konden alleen in de woonkamer tussen de balken rechtop staan. Voordeel was dat de ruimte dankzij de open haard in no time lekker warm was en we de koude wereld konden buitensluiten. Het hele weekend hebben we als vanouds bordspellen gespeeld met bier en chips bij de hand. 's Middags flinke boswandelingen gemaakt door de sneeuw om daarna gezamenlijk op te warmen in de sauna en dan rozig op de bank horrorfilms te kijken tot diep in de nacht. Het was een heerlijk weekend en ik voelde me weer helemaal opgeladen.
Alleen toen we zondagavond naar huis reden raakten we door een omleiding vast te zitten op een steile heuvel in de sneeuw. Voor ons was de weg bezaaid met slipsporen en er lag een auto in de greppel. De bestuurder werd geholpen door boerderijbewoners. Wij durfden niet langs hen naar beneden te rijden. Bang dat we ook zouden slippen. Onverschrokken Belgen passeerden ons wel. Minder bang in de besneeuwde bergen dan wij Hollandse polderfiguren. Maar zij bleken overmoedig en botsten in slow motion op de gegreppelde auto. Alle twee. Na getuige te zijn geweest van deze kettingbotsing overlegden we met de rest van de groep vrienden in auto twee en we besloten om te keren en terug te rijden naar het huisje. Stapvoets glibberden we de andere kant van de berg weer terug. Opgelucht zagen we de rotonde die ons naar de omleiding had gestuurd. Daarachter was de weg beter begaanbaar wisten we. We hielden even halt om op auto twee te wachten. Maar die kwam maar niet.
De schrik zat erin. Ze waren toch niet verongelukt? Verschillende auto's passeerden ons maar geen van hen had een geel nummerbord. De telefoons hadden geen bereik. Het sneeuwde te hard om te voet terug te lopen. We konden niet anders dan wachten. We reden maar door tot het huisje omdat dat het afgesproken punt was. Misschien hadden ze een andere route genomen. Niets. Wel hadden we weer bereik op onze mobiele telefoons.
Na veel gezenuw en vruchteloos gebel werd dan eindelijk een telefoon opgenomen. De vriendin in auto twee die opnam vertelde ons dat ze vast waren komen zitten en dat een Fransoos hen had geholpen. Die had hen aangeraden om de route naar Trois Ponts te nemen. We keken op de kaart. Ze zaten een stuk noorderlijker dan wij, maar godzijdank was alles verder goed. We gingen ieder ons weegs en bleven mobiel contact houden tot we veilig op de snelweg naar Luik zaten.
Ik kwam pas midden in de nacht weer thuis, maar kon de slaap niet meer vatten door alle adrenaline door nog door mijn lijf gierde. Brrr wat een avontuur was dat. Daar waren die horrorfilms niets bij. Dit was echt.
Geen slechte keus, want afgelopen weekend ben ik met mijn oude vriendengroep redelijk onverwacht voor een weekendje naar de Ardennen afgezakt. De harde kern van de groep kent elkaar nog van de middelbare school waar we geweldige herinneringen aan delen. De rest van de groep is de aanhang die er de jaren erop bij is gegroeid. Jarenlang hebben we het volgehouden om in de krokusvakantie naar de Ardennen te gaan. Maar de laatste twee jaar was de slop erin gekomen. Ongetwijfeld doordat een groot gedeelte kindjes heeft gekregen en in een heel drukke fase in het leven is aangekomen. Twee weken geleden kreeg iedereen opeens een mailtje van één van ons: "Ik weet dat het wat laat dag is, maar we hebben een huisje gereserveerd in de Ardennen en er is plek voor nog meer personen, dus wie zin heeft om mee te gaan...."
De animo bleek zo groot te zijn dat we uiteindelijk met zijn achten afreisden naar Stavelot.
Het huisje was piepklein en de twee jongens van meer dan 1m80 aan lengte konden alleen in de woonkamer tussen de balken rechtop staan. Voordeel was dat de ruimte dankzij de open haard in no time lekker warm was en we de koude wereld konden buitensluiten. Het hele weekend hebben we als vanouds bordspellen gespeeld met bier en chips bij de hand. 's Middags flinke boswandelingen gemaakt door de sneeuw om daarna gezamenlijk op te warmen in de sauna en dan rozig op de bank horrorfilms te kijken tot diep in de nacht. Het was een heerlijk weekend en ik voelde me weer helemaal opgeladen.
Alleen toen we zondagavond naar huis reden raakten we door een omleiding vast te zitten op een steile heuvel in de sneeuw. Voor ons was de weg bezaaid met slipsporen en er lag een auto in de greppel. De bestuurder werd geholpen door boerderijbewoners. Wij durfden niet langs hen naar beneden te rijden. Bang dat we ook zouden slippen. Onverschrokken Belgen passeerden ons wel. Minder bang in de besneeuwde bergen dan wij Hollandse polderfiguren. Maar zij bleken overmoedig en botsten in slow motion op de gegreppelde auto. Alle twee. Na getuige te zijn geweest van deze kettingbotsing overlegden we met de rest van de groep vrienden in auto twee en we besloten om te keren en terug te rijden naar het huisje. Stapvoets glibberden we de andere kant van de berg weer terug. Opgelucht zagen we de rotonde die ons naar de omleiding had gestuurd. Daarachter was de weg beter begaanbaar wisten we. We hielden even halt om op auto twee te wachten. Maar die kwam maar niet.
De schrik zat erin. Ze waren toch niet verongelukt? Verschillende auto's passeerden ons maar geen van hen had een geel nummerbord. De telefoons hadden geen bereik. Het sneeuwde te hard om te voet terug te lopen. We konden niet anders dan wachten. We reden maar door tot het huisje omdat dat het afgesproken punt was. Misschien hadden ze een andere route genomen. Niets. Wel hadden we weer bereik op onze mobiele telefoons.
Na veel gezenuw en vruchteloos gebel werd dan eindelijk een telefoon opgenomen. De vriendin in auto twee die opnam vertelde ons dat ze vast waren komen zitten en dat een Fransoos hen had geholpen. Die had hen aangeraden om de route naar Trois Ponts te nemen. We keken op de kaart. Ze zaten een stuk noorderlijker dan wij, maar godzijdank was alles verder goed. We gingen ieder ons weegs en bleven mobiel contact houden tot we veilig op de snelweg naar Luik zaten.
Ik kwam pas midden in de nacht weer thuis, maar kon de slaap niet meer vatten door alle adrenaline door nog door mijn lijf gierde. Brrr wat een avontuur was dat. Daar waren die horrorfilms niets bij. Dit was echt.
Abonneren op:
Posts (Atom)